Overleden in Lager Bruckdorferstrasse te Ammendorf. Frans is tegelijk met Dick Burger, Ide Henneman en Piet Hoogeland herbegraven op Duinrust. Het krantenbericht is uit de IJmuider Courant van zaterdag 30 april 1949.
Relaas van de broer van Frans Braun, de heer J.H. Braun 15 jaar oud op het moment van de Razzia. Razzia 16 april 1944. Bij het uitgaan van de Agatha kerk, gonsde het van de geruchten dat de Duitsers met een Razzia waren begonnen in de omgeving van het Hofland. Jonge jongens werden opgepakt. Mijn twee broers, Wim en Frans, 19 en 17 jaar, renden naar huis om zich daar te verschuilen. Frans was erg bang. Hij verstopte zich, doch dat was van korte duur. Wim kroop op het platte dak. Hij haalde Frans over hem te volgen. Ook deze plek was niet veilig. Vanaf de Zeestraat was het misschien zichtbaar. De zenuwen namen toe en beide gingen met behulp van buren naar de overkant van de Dr. Schuitstraat en verstopten zich in een schuur. Mijn broer Wim vond het niet veilig genoeg. Hij ging achter de schuur liggen. Hij had geluk. De Duitsers haalden Frans en mijn neef Ben Post uit de schuur. Ze moesten voor de Duitsers uitlopen de Dr. Schuitstraat door. Mijn moeder zag dat en rende het huis uit. Ze bleef voor de Duitsers staan en smeekte om Ben en Frans te laten gaan. De Duitsers antwoordden “Bevel is Bevel” ! Volgens de soldaten zouden ze spoedig weer vrijgelaten worden. Mijn moeder geloofde dat niet. Ze bleef smeken. Het hielp echter niet. De overvalwagen stond op de hoek Beeckzanglaan – Dr. Schuitstraat waar reeds andere jongens op de bankjes in de overvalwagen zaten. Ik ben daar naar toe gelopen en zag veel bekende gezichten. Ze waren stil en sommige heel angstig. Hoe zou dit aflopen. Ook de verloofde van zijn oudste zus, Gerard Kochx, was opgepakt. Gerard was de zoon van Kochx grossierderij aan de Breestraat. Volgens de Kampbewaarders had Gerard een Joods uiterlijk, wat hij ontkende te zijn. Voor deze ontkenning kreeg hij dagelijks een aantal stokslagen. Mijn broer Frans en mijn neef Ben Post zijn naar hetzelfde kamp afgevoerd namelijk in Ammendorf. Frans was met darmklachten (buikloop) binnengebracht. De verzorging liet veel te wensen over. In de maanden november, december werd mijn moeder ernstig ziek. Ze moest bediend worden. (Eén van de gebruiken in de Katholieke kerk. De stervende wordt voorzien van het zogenaamde Heilig Oliesel). Door de slechte voeding, en dagelijks omgaan met het feit, dat een kind je op een brute manier was afgenomen, en of hij wel weer levend terug zou komen , werd het haar teveel. Na de bevrijding kregen mijn ouders ook het bericht dat Frans was overleden, via de Deken van de Agatha kerk en de heer van Leeuwen via het Rode Kruis. Mijn moeders reactie was “Ik wist het al” ze had al een sterk vermoeden tijdens haar ziekte opgedaan. Ben, mijn neef is wel teruggekeerd en vertelde mij, dat dagelijks in het kamp een platte wagen kwam, om lijken op te halen. Hij heeft zijn eigen neef weggedragen. Ik mocht dat niet aan mijn familie vertellen. Ook voor hem was dit moeilijk. Ik heb dat ook nooit gedaan. Gerard Kochx is ook niet teruggekomen. Hij is in een ander kamp overleden (Zöschen). Moeder en mijn zus hebben na verloop van tijd de draad weer weten op te pakken. Nu dat je zelf een gezin hebt en kleinkinderen voel je het hele gebeuren heel anders aan. Verschrikkelijk. J.H. Braun.
Genealogische gegevens:
Frans Braun is een neef van Ben Post. De oudste zus van Frans Braun was verloofd met Gerard Kochx.
De ouders van Frans zijn: Nicolaas Theodorus Marie Braun, geboren Beverwijk 20-03-1898, overleden Beverwijk 10-03-1968. Gehuwd Wisch 01-05-1922 met Anna Theodora Bernardina Tiggelovend, geboren Pol (oude IJsselstreek) 11-06-1900, overleden 12-01-1971. |