Op 16 april 1944 werden van hier 486 jongemannen door de bezetter weggevoerd van wie velen nooit zijn teruggekeerd.

Vorige persoon (J.P. Philipoom) | Terug naar de lijst | Volgende persoon (R.Th. Pletting)
hart

2 personen hebben Joop Plantinga in hun hart gesloten.

In het gastenboek kunt u uw persoonlijke boodschap opnemen.

Naam: Joop Plantinga
Voornamen:Johannes Adrianus
 
Geboren:Maandag 30 November 1925 te Schoten
Overleden: Zondag 9 Oktober 2011 te Haarlem
Begraven: Maandag 17 Oktober 2011 te Driehuis, Westerveld
 
Adres:Middenweg3
Woonplaats:Haarlem
 
Anmeldung Lippendorf 88 Brief van het “Kaalkoppen Commando” uit het Gemeinschaftslager in Schkopau. Joop Plantinga. Foto via Mevr. M. Duinmeijer-Bos Brief van mevr. Plantinga aan de SD in Den Haag de dato 1 juni 1944. Bron Hans Plantina Gevangenenummer 585 in Kamp Amersfoort van Joop Plantinga. Bron Hans Plantinga. Legitimatie voor de ASW van Joop Plantinga.  Bron Hans Plantina Verklaring van Dokter Hans Kempf waar Joop verbleef. Bron Hans Plantinga. Achterzijde van de Displaced Personcard van Joop, geregistreerd in Steyl op 13-06-1945. Bron Hans Plantinga. Joop Plantinga bij zijn Commer bestelwagen met kenteken GZ 90754 afgegeven op 13-11-1947. Foto van Hans Plantinga. Joop Plantinga 80 jaar. Foto van Hans Plantinga. Overlijdensannonce van Joop Plantinga. Bron: Haarlems Dagblad van 13 oktober 2011
 
Opgepakt bij de Razzia in Beverwijk en Velsen van 16 april 1944: Station NS, Beverwijk.
 
Op zondag 16 april 1944 rond 13:00 per trein afgevoerd naar het PDA in Amersfoort
 
In het PDA werden alle persoonsgegevens genoteerd waaronder het beroep van de gevangene.
Beroep:Bäcker
Gevangenenr:585
 
Tussen 16 april 1944 en 11 augustus 1944 werden ongeveer 160 gegijzelden vrijgelaten
Joop Plantinga is NIET vrijgelaten
 
Op 7 juli 1944 's-morgens om 02:30 uur werden de gevangenen afgemarcheerd naar het station in Amersfoort om per trein naar Duitsland vervoerd te worden.
 
Kampen in duitsland:
Plaats, kamp: Schkopau, GemeinschaftsLager
Plaats, kamp: Lippendorf, De Kippe
Plaats, kamp: Peres, Alpenrose
 
Werkplekken in duitsland:
Plaats, plek: Böhlen / Lippendorf, BRABAG en de A.S.W.
 
Joop Plantinga is teruggekeerd: Woensdag 13 Juni 1945
 
Persoonlijk verhaal:
 

Naam genoemd in de brief van het "Kaalkoppen Commando" van ongeveer 12 juli 1944 uit het kamp bij de Buna Werke in Schkopau. (Zie onder Schkopau, Gemeinschaftslager)

 

Eind november 2025 vertelde Hans Plantinga, de oudste zoon van Joop het volgende:
Joop zou het weekend gaan logeren bij zijn vriend Co (Jacobus) Keesmaat  in Velsen, die hem kwam afhalen bij Station Beverwijk. Zij werden bij toeval bij de razzia opgepakt (verkeerde tijd/-plaats) en maakten geen deel uit van de groep Haarlemse sporters.

Joop was het oudste kind uit een bakkersgezin, dat naast vader en moeder bestond uit 9 kinderen (6 dochters en 3 zonen), waarvan Joop de oudste was. Zijn moeder heeft nog geprobeerd hem vrij te krijgen. Zij schreef daartoe een brief in het Duits aan de Orts-kommandant van de Grüne Polizei in Den Haag. Zij voerde daarin aan dat haar zoon Joop bij zijn vader in de bakkerij werkte en onmisbaar was. Dit omdat haar echtgenoot van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat moest werken om zijn gezin te onderhouden. Indien haar man dit alleen zonder hulp van zijn zoon Joop zou moeten doen, dan zou hij daaronder bezwijken. Zij ging naar Den Haag toe en probeerde de Orts-kommandant te spreken te krijgen. Haar verzoek werd afgewezen, maar zij mocht de brief wel achterlaten. Dit leidde echter niet tot resultaat.

Tijdens een appèl in Kamp Amersfoort heeft de wrede kampbewaker Kotälla bij Joop een rib door zijn long geschopt, waarvan hij jarenlang last heeft gehad.

Net zoals veel van zijn kameraden werd Joop begin december "vrij-arbeider". Dat wil zeggen dat hij niet langer gevangene was maar wel in Alpenrose moest blijven wonen. Hij mocht niet verder dan enkele kilometers van het kamp reizen anders werd hij gezien als vluchteling met alle gevolgen van dien. Vanaf die dag kreeg hij ook een vergoeding voor zijn werk.  

Begin april naderden de geallieerden. Joop besloot met enige anderen te ontsnappen door op de terugweg achter te blijven in het bos. Zij hebben zich opgesplitst en gingen ieder hun eigen weg dit om de kans op achtervolging en ontdekking te verkleinen. Hij kwam terecht in Leipzig en werd als gevolg van een zware hoestaanval ontdekt door een vrouw die haar hondje uitliet. Zij bleek de vrouw te zijn van huisarts Hans Kempf in Leipzig. Joop werd door haar meegenomen naar huis en is door haar man onderzocht en behandeld. Hij kreeg andere kleren en werd liefdevol in het gezin opgenomen. Toen hij voldoende hersteld en aangesterkt was, kreeg hij een medisch attest d.d. 7 juni 1945, waarin stond dat Joop door de arts op 15 april 1945 in zijn huis is opgenomen. Voorts dat hij vijf weken bedlegerig was ten gevolge van een zware pleuritis en eerst toen weer in staat was om te reizen. De arts adviseerde hem nog als herstellende te beschouwen.

Zoals op het document van Dr. Hans Kempf is aangegeven verbleef Joop tot 7 juni bij de famillie Kempf in Leipzig. Zes dagen later, op 13 juni 1945, wordt Joop geregistreerd op de verzamelplaats van het Militair Gezag in Steyl (Limburg).

Hij keerde kort na of op 13 juni 1945 terug in Schoten (is opgegaan in de Gemeente Haarlem) en ging weer bij zijn ouders in de bakkerij werken. De arts en zijn gezin kregen als dank voor de goede zorg en verleende hulp enige tijd pakketten met levensmiddelen. Er is tot eind 1952 contact geweest met het gezin van de arts, waarna dit verwaterde/is gestopt. Joop heeft na de oorlog nooit haat gekoesterd tegen Duitsers en hen altijd normaal behandeld. Hij heeft nooit over zijn verblijf in de kampen kunnen praten. Hij heeft tot het eind van zijn leven een stukje gestreepte stof van zijn gevangenentenue met daarop het nummer 585 bewaard. Hij is, na enige jaren in de bakkerij te hebben gewerkt in dienst getreden van het Gemeenschappelijk administratiekantoor in Haarlem en heeft daar tot aan zijn pensionering in de functie van rapporteur Ziektewet gewerkt.

 

Genealogische gegevens.

Joop huwde 28-04-1949 Henderika (Riek) Guichelaar, geboren Haarlem 21-12-1926, overleden Haarlem 25-04-1989. Dochter van Jacob Guichelaar en Aleida Maria Schonewille.

De ouders van Joop zijn Wijbren Plantinga, geboren Ferwerderadeel 25-11-1896, overleden Haarlem 06-11-1969. Gehuwd Aalsmeer 04-12-1924 met Jansje Cornelia van Iperen, geboren Vianen 03-10-1898, overleden Haarlem 07-03-1981. Begraven Haarlem Akendam.

Wijbren werkte vanaf 11-05-1920 als bakker bij Jan Bontekoe in Utrecht. Na zijn huwelijk vertrok hij op 23-12-1924 naar Schoten en woonde aan de Middenweg 3.


Vorige persoon (J.P. Philipoom) | Terug naar de lijst | Volgende persoon (R.Th. Pletting)