| OpgepaktPiet had een paard dat stond aan de  Corverslaan in Velsen-Noord. Zondag ochtend 16 april 1944 rond 7 uur  ging hij zijn paard voeren. Hij ging de poort in en ziet een auto met  Duitse militairen aankomen. 2 Duitsers zwaaien naar Piet met een  beweging als: “ga terug, ga terug”
 
 
 Als hij na 1,5 uur klaar is met zijn paard rijdt hij over de Doodweg  en de Burgemeester Weersstraat en kijkt in de richting van de pont. Hij  ziet de overvalwagens staan. Mevrouw van der Lem zegt tegen hem: “Piet  ga gauw naar huis want er is een Razzia.“ Als hij thuis komt zegt  zijn moeder dat Ber in de kerk zit. Piet bedenkt dat Ber niets weet en  gaat hem uit de kerk ophalen omdat hij anders opgepakt wordt. Als hij de  hoek omgaat om de kerk in te gaan en ziet hij 5 Duitsers staan. Hij  zegt tegen Ber “We gaan door de pastorie en de tuin naar huis.”
 
 Thuisgekomen zegt hij tegen zijn vader “Ik ga de kelder in.” Zijn vader  ontraadt hem dat want als ze binnenkomen kijken ze direct in de kelder.
 
 Piet en Ber gaan via hun tuin over de schutting de tuin van  Rooie Smit in met de bedoeling om in de boomgaard te gaan liggen. Wat  verderop is de nieuwbouw van Watervliet daar staan Duitsers die hen over  de schutting zagen klimmen. De Duitsers kwamen direct hun richting uit.  Ze lopen langs de schutting naar dokter Fierstra die hen waarschuwt  voor de Razzia. Ze gaan tussen de garage en de schutting staan. Als de  Duitsers op het erf komen schieten ze in de lucht en roepen “Kommen Sie  te voorschijn anders schieten we jullie dood.” Piet en Ber bleef niets  anders over dan zich met de handen omhoog over te geven. De Duitsers  dachten dat Piet en Ber vluchten omdat ze de daders waren van de moorden  op de NSB’ers die de afgelopen dagen gepleegd waren. Piet en Ber werden  naar bioscoop “De Pont” afgevoerd.
 
 Firma Fränkel en Viebahn
 Aan het einde van de oorlog, waarschijnlijk in maart 1945 werden Piet  en Ber Nagel en Ben Numan tewerkgesteld bij de Firma Fränkel en Viebahn  aan de Händelstrasse in Holzhausen in het Oostelijk deel van Leipzig.  Deze firma maakte voor de oorlog kachels waarin bruikool gestookt kon  worden. Tijdens de oorlog is men granaathulzen gaan maken. Op 18 april  1945 zijn ze, zonder slag of stoot, bevrijd door de Amerikanen. Zie voor  meer informatie onder "Links" "Werkplekken van dwangarbeiders".
 
 Terugkeer
 Na de bevrijding door de Amerikanen kwamen ze in een opvang kamp bij Leipzig terecht.
 Ze zijn daar een paar dagen geweest. De Duitsers moesten hun  fototoestellen inleveren bij de Amerikanen. Piet was in de buurt en  kreeg van één van de Amerikanen een zojuist ingeleverd fototoestel. Piet  en Ber werden gekeurd door een arts in verband met de terugreis naar  Nederland. De lichamelijke toestand van Ber was zodanig dat hij niet  naar Nederland kon. Ber moest naar een Sanatorium aan de Bodensee waar  hij 6 weken gebleven is. Piet heeft zijn broer niet in de steek gelaten  en is, ondanks protest van de Amerikanen, met Ber meegegaan naar het  Sanatorium.
 
 Nadat Ber wat hersteld was zijn ze op transport  gesteld naar Parijs waar ze 4 weken gebleven zijn. Piet heeft daar het  fototoestel verkocht zodat ze wat geld hadden voor een hapje en een  drankje. Vanuit Parijs zijn ze naar Brussel gegaan waar ze ook 4 weken  gebleven zijn. Zowel in Parijs als in Brussel werden ze hartelijk  ontvangen.
 
 Na Brussel werden ze doorgezonden naar Eindhoven.  Hier moesten ze in een school slapen en was er géén sprake van enige  ontvangst. Doorreizen naar Beverwijk zat er voorlopig niet in zei men.  Ze besloten hier niet te blijven en de volgende dag met de trein naar  Utrecht te gaan. Op het station Eindhoven kregen ze geld van een wild  vreemde voor de reis. Van terugbetalen wilde deze man niets weten. In  Utrecht zijn ze direct naar hun Oom Klaas gegaan die een café had. Ze  wilden graag verder maar vervoer was niet mogelijk. Oom Klaas bedacht  dat hij nog een oude tandem in de kelder had staan.
 
 De  volgende morgen is de tandem rijklaar gemaakt en zijn ze vertrokken  richting Beverwijk. In de avond kwamen ze aan in een café in Hoofddorp.  De waard vroeg hen te blijven slapen, maar Piet en Ber wilden na een  drankje direct door naar Beverwijk.
 
 S’-nachts kwamen ze aan  bij de Velserbrug over het Noordzeekanaal. (Waar de huidige  pontverbinding is). Deze draaibrug werd gebruikt voor de trein, maar  omdat die niet meer reed was hij met hout betimmerd zodat je er lopend  overheen kon. De brug werd bewaakt door een Amerikaanse soldaat die hen  tegenhield. Toevallig was er een meisje bij deze soldaat die de jongens  herkende waardoor de soldaat toestemming gaf om de brug over te steken.
 n september 1944 werd Velsen-Noord ontruimd en deels afgebroken. De  ouders van Ber en Piet vertrokken naar Meerstraat 86 in Beverwijk, boven  het pakhuis van N.J. Schuijt, de vader van Trudy Schuijt, de verloofde  van Piet. Laat op de avond kwamen ze aan op Meerstraat 86. Piet stond te  bellen met zijn fietsbel, zijn vader keek maar zag niet wie daar stond.  Pas toen zijn moeder naar buiten keek werden Piet en Ber herkend. Het  was half juni 1945 dat ze weer thuis waren.
 Buren en familie overspoelden de jongens en hun ouders met bloemen.  Bijgaande foto getuigt daar van. Piet en Ber op het platje achter  Meerstraat 86. De tweede foto is van Piet met zijn verloofde Trudy  Schuijt.   Genealogische gegevens. Ber en Piet Nagel zijn broers. Bij het huwelijk van Ber werd Henk Meijer hun zwager. Ber huwde 30-09-1947 (kerkelijk in de OLV. van Goede Raad te Beverwijk op 06-10-1947) Maria Cornelia Nelis geboren Wijk aan Zee en Duin 24-08-1925, overleden Heemskerk 22-02-2022. Dochter van Cornelis Reinier Willebrordus Nelis en Anna Cornelia van der Lem, in café Scheiwijk Arendsweg 1 Wijk aan Zee en Duin, vanaf 1936 Arendsweg 64 Beverwijk. De ouders van Ber en Piet zijn Krijn Nagel, geboren Heemskerk 08-10-1891, overleden Velsen 11-12-1972. Gehuwd Beverwijk 23-07-1914 met Maria Brakenhoff, geboren Velsen 18-04-1893, overleden Velsen 16-09-1978. |