Leen werkte bij de bewaking van de pompen op de Hoogovens. Hij was een van de 111 Hoogoven medewerkers die bij de Razzia van 16 april 1944 gearresteerd werd en afgevoerd is naar Kamp Amersfoort. Zie voor totaallijst Hoogovens IJmuiden.
Leen en z'n vrouw Coba zijn van 2005 t/m 2009 ieder jaar in de maand mei meegereisd naar de herdenking van de slachtoffers in Neukieritzsch en Zöschen. Op een van de eerste reizen vertelde Leen me hoe hij dacht over Duitsers: "Ach Cor, het verschil in de oorlog werd gemaakt door het feit aan welke kant van de grens je geboren was."waarmee hij aangaf dat hij geen haat gevoelens meer had, maar deze gebeurtenissen vergeten dat zal niet gebeuren. Leen vertelde me op 28 juni 2004 het onderstaande uit z'n herinneringen: Op verzoek van Dominees en Pastoors heeft het verzet géén aanslagen gepleegd in Beverwijk en Velsen gedurende de tijd dat de jongens in Kamp Amersfoort gegijzeld waren. Henk de Jong was sanitäter op kamp de Kippe en Alpenrose. De heer van Straaten was zijn hulp. Piet Stegman was de kok op de Kippe en Alpenrose samen met Henk Dubbeld van de Reguliersstraat uit Beverwijk. Theo Zonneveldt werd ontheven van zijn functie als Lageroudste en moest naar de Burger Brandweer. Zie verslag van Pieter Pouw Stegman. Volgens Leen waren de boardkartonnen tentjes Italiaanse legertenten. De jongens gaven de tenten allerlei namen. Eén van de tenten werd “strawberries” genoemd. Deze Engelse naam moest van de Duitsers verwijderd worden. Amsterdamse onderwereld figuren hebben hun tent “De Penose” genoemd. In het boek van Harm Reinders staat een tent afgebeeld die “Villa Sursum Corda” (CB: de naam van een bisdomblad dat in de 1e helft van de 20e eeuw uitgegeven werd. De betekenis: "Verheft het hart") genoemd wordt. Dit opschrift is erop gezet door Arie van Lavieren die glasgraveur was. In Schkopau zijn ze ongeveer 10 dagen geweest. Hun barakken lagen vlakbij de “Puff”, De rose buurt voor de werknemers van de Buna Werke. De ASW zorgde goed voor ons zei Leen van IJmond. Het was bar koud die winter (44-45) Ze kregen dikke gewatteerde jassen, klompschoenen en voetlappen van de ASW. Leen hoorde bij het commando nr. 13. Als ze op de fabriek waren kregen ze om 12:00 uur “bunkersoep”. Henk de Jong, de sanitäter, was de hulp van de Duitse Dokter. De meeste jongens zijn in het kamp aan dysentrie overleden. Leen van IJmond is na de oorlog bij de vader van Cor Bart geweest om hem over Cor te vertellen. Cor had zwaar heimwee en vertelde vaak over zijn familie thuis. Leen heeft hem voorgehouden dat ze uiteindelijk allemaal weer naar huis zouden gaan. Het heeft niet mogen baten. Ook Cees Bol had zwaar heimwee en is uiteindelijk gestorven. Op hun kleden hadden de jongens de rode letters A.E.H./A.S.W. dat is ArbeitsErziehungsHäftling / Algemeine Sachsische Werke Leen was machinist en stond in het ketelhuis van de A.S.W. op de stookplaat. Met Bruinkool was het moeilijk stoken. Het vuur kan opeens inelkaar zakken. De benodigde stoomdruk was 25 atmosfeer. Als het vuur inzakte liep dat snel terug naar 15 atmosfeer. Je moest dan als een razende werken om dit niet te laten gebeuren. Voor de vuren gebruikten ze lange poken. Leen is rond de tijd dat de fabriek platgegooid was ondergedoken in kamp Alpenrose (Laatste grote bombardement waarbij de fabriek uitgeschakeld werd was op 21 maart 1945). Leen had kasten verschoven zodat er een onopvallend plekje voor hem overbleef. Bij de Stube haalde hij dagelijks een werkbon op zodat, als hij gesnapt werd toch een werkbonnetje kon laten zien. In de Stube zat een Hollander die meewerkte. In Alpenrose te Peres was een verwarmingsinstallatie die Leen in de maanden januari/februari bij heeft gehouden. Ook de boiler voor de 6 douches die men kon gebruiken werd hier gestookt. Leen had op een avond het vuur afgedekt zodat het de volgende ochtend weer makkelijk op kon laaien. Hij was gaan dammen met zijn maten. Er werd een lading briketten afgeleverd voor de stoomketel, echter men vergat Leen daarvan op de hoogte te stellen. De volgende ochtend bleek een groot deel van de briketten georganiseerd (gejat) te zijn door de kampbewoners. Voor straf moest Leen naar de fabriek om daar de enorme stoomketel te stoken. Op 16 april 1945 werden ze bevrijd. Na 2 a 3 dagen lopen zijn ze in Jena terecht gekomen in een Russisch legerkamp. Na 10 dagen zijn ze naar Kassel of Eisenach gebracht naar een Pantzer Kazerne waar ze een paar weken moesten blijven. Vanuit deze kazerne zijn ze met de trein naar Metz vervoerd. Ze waren met 8 man. In Metz wilde de Fransen hen interneren. Ze weigerden uit te stappen. Nadat ze aan (ik dacht een priester) verteld hadden dat ze ex gevangenen waren mochten ze na 8 uur wachten door naar Luxemburg. Daar hebben ze 6 uur stilgestaan en toen ging het verder naar Maastricht. Daar werden ze in een school ondergebracht. Na 3 a 4 dagen kregen ze bericht dat Holland weer open was. Via België zijn ze naar Eindhoven gegaan met een vrachtwagen. De militaire autoriteit wilde ze naar het (voormalige) kamp Amersfoort toesturen. Ze hebben toen hun DP-kaart (Displaced Persons) laten zien en werden toen met zijn achten door het Militaire gezag met 3 personen wagens naar Beverwijk gebracht. Ze stopten op de Breestraat. Daar was een grote volksoploop.
Op de overgetypte transportlijsten is Leen abusievelijk vermeld met kampnummer 854. Het juiste kampnummer van Leen was 845. (zie Geldverwaltung en transportbriefje van Kamp Amersfoort)
Genealogische gegevens:
Leen van IJmond was de zwager van Henk Dubbeld die in 1939 met Annie de Wit, de zus van Corrie de Wit huwde.
Leen huwde (1) Beverwijk 04-11-1943 Cornelia Maria de Wit, geboren Wijk aan Zee en Duin 24-04-1923, dochter van Willem Johannes de Wit en Cornelia Maria Dekker. Echtscheiding 28-12-1945.
Leen huwde (2) Beverwijk 23-08-1946 Jacoba Maria (Coba) Kluft geboren Beverwijk 26-03-1923, overleden IJmuiden 18-03-2020, dochter van Leendert Kluft en Wilhelmina Margaretha Smits.
De ouders van Leen zijn Pieter van IJmond (Kattestaart), geboren Middelharnis 12-04-1885, overleden 1963. Gehuwd Velsen 12-07-1920 met Cornelia Verbaan, geboren Den Haag 10-08-1891, overleden 1995. Beide begraven IJmuiden Duinhof.
Cornelia Verbaan verhuisde op 03-09-1918 van Den Haag naar Julianakade 12zw IJmuiden met haar zoontje Gijsbert Krijgsman die op 13-08-1916 in Den Haag geboren was. Haar eerste echtgenoot, Gijsbert Krijgsman, was op 13-07-1918 overleden. In Velsen huwde zij Pieter Kattestaart. |